ZUID-OOST DRENTHE – Een netwerk van doorfietsroutes door de gemeente Borger-Odoorn, Coevorden en Emmen is weer een
stap dichterbij. De colleges van deze gemeenten hebben samen besloten waar de fietsroutes moet
komen. Doorfietsroutes zijn veilige, snelle en brede fietspaden tussen dorpen en steden. Het is een
manier om fietsen te stimuleren door langere afstanden naar school of werk aantrekkelijker te maken.
Samen met de omgeving
Naast de gemeenten hebben ook andere partijen meegedacht over de beste routes, zoals de
Fietsersbond, ANWB en de Provincie Drenthe. Ook konden inwoners tijdens een aantal
inloopbijeenkomsten eerder dit jaar verschillende varianten bekijken en hun mening hierop geven. Het
netwerk van doorfietsroutes in Zuid-Oost Drenthe is mede vastgesteld op basis van hun meningen.
Niet zomaar een fietspad
Doorfietsroutes zijn anders dan gewone fietspaden. Via deze extra brede en herkenbare fietspaden
kunnen fietsers snel, veilig en comfortabel grote afstanden afleggen. Ook kunnen deze fietsers snel
doorfietsen omdat er weinig verkeerslichten zijn en geen lastige kruisingen. Maar niet alleen snellere
(e-bike) fietsers hebben voordeel bij deze bredere fietspaden. Ook bakfietsen, rolstoelfietsen en
duofietsen hebben meer ruimte op een doorfietsroute.
Nuttig en aangenaam
Door belangrijke (dorps)kernen of OV-punten met elkaar te verbinden, wordt de fiets een goed
alternatief voor de auto. Nu meer inwoners een e-bike hebben, is ook snelheid een belangrijk aspect
van de doorfietsroute. Fietsen is daarnaast goedkoop, gezond, zorgt voor minder uitstoot en voorkomt
verkeerslawaai. Maar ook vanuit een recreatief oogpunt zijn er voordelen. Het bos en de natuur is van
de samenleving. Door bestaande fietspaden die al door bossen heen lopen om te vormen tot
doorfietsroutes, kunnen inwoners optimaal samenleven met de natuur.
Planning
Nu het netwerk voor Zuid-Oost Drenthe is vastgesteld, kan elke gemeente zijn deel van de
doorfietsroute (gefaseerd) aanleggen. De planning van de verschillende delen kan dan ook verschillen,
omdat de gemeentes zelf kijken of ze het aanleggen van de doorfietsroute kunnen combineren met
andere projecten of werkzaamheden